De verzekering voor inzittenden van een auto voorziet in een éénmalige uitkering wanneer de bestuurder, of één van de inzittenden, komt te overlijden of blijvend invalide raakt als gevolg van een ongeval. De schuldvraag is niet van belang. De maximale hoogte van de uitkering wordt door de verzekerde bepaald.
Deze verzekering is niet wettelijk verplicht, omdat de wet ervan uitgaat dat bijna iedereen zelfstandig is verzekerd voor zorg en arbeidsongeschiktheid (via je pensioenregeling, of als je als zelfstandige werkt, via een losse verzekering). In het geval dat je een ongeval krijgt is de schuldvraag bij deze verzekering niet relevant. De verzekering keert ook uit aan de inzittenden als het jouw schuld is.
Omdat iedereen zelfstandig verzekert is voor zorg, is het risico dat jij loopt bij schade aan inzittenden niet zo groot. En als er al schade is die niet door de zorgverzekering word gedekt, dan kun je deze meestal claimen bij je aansprakelijkheidsverzekering. Een bevriende timmerman die tijdens het ongeval zijn hand verbrijzelt en daardoor maanden niet kan werken, kan zijn schade bij jou verhalen via je aansprakelijkheid verzekering. Hij zal zelf echter als zelfstandige meestal ook een arbeidsongeschiktheid verzekering hebben afgesloten, die hem verzekert in dit soort gevallen.
Een inzittenden verzekering is derhalve geen noodzakelijke verkering, maar ’nice to have’, met name voor je verantwoordelijkheid gevoel naar derden. Hij dekt echter zaken die ook elders reeds (mee) verzekerd zijn.